Consolidatie 1625-1648
- Gepubliceerd in Geschiedenis
- Lees 771 keer
De gouden eeuw van de Republiek was een periode van bloei en welvaart maar allerminst van eendracht en vrede. Haar politieke macht groeide samen met de ontplooiing van haar handel en scheepvaart.
In 1621 werden de vijandigheden met Spanje heropgenomen. De Nederlandse oorlog viel nu samen met de oorlog in Duitsland. Deze uitbreiding was in het voordeel van de Republiek zeker toen Frankrijk zich actiever zou mengen. Een formeel bondgenootschap met de zeven provinciën kwam er in 1635. Frederik Hendrik, Maurits broer en opvolger had toen reeds zijn kunnen als veldheer bewezen.
Engeland bleef buiten de oorlog, daar was immers een interne strijd tussen parlement en koning uitgebroken die vanaf 1642 in een regelrecht burgeroorlog uitmondde. Ook Frankrijk werd door interne spanningen geplaagd. De Republiek kon hiervan gebruik maken om zijn economische voorsprong te consolideren en verder uit te bouwen.
De oorlog met Spanje verhinderde de Republiek niet haar handel en scheepvaart verder te ontwikkelen. In 1621 werd ook de West-Indische Compagnie opgericht, haar belangrijkste bezittingen, Brazilië en Nieuw-Nederland gingen echter snel verloren. Tot de handelsbloei van de Republiek heeft deze compagnie nauwelijks bijgedragen.
De meeste winst werd op het eigen werelddeel gehaald. De technieken bleven grotendeels hetzelfde als in de 16e eeuw: veilige investeringen, gespreide risico's, een breed financieel fundament. De winst die hiermee werd binnengehaald zorgde voor een groeiende vraag naar goederen boven de minimale of gemiddelde behoefte. De rijken investeerden ook in de kunst en cultuur die de Nederlandse 17e eeuw haar reputatie hebben bezorgd.