Confessionele identiteiten
- Gepubliceerd in Geschiedenis
- Lees 1089 keer
3.1 RELIGIO VINCULUM SOCIETATIS
eerste decennia vd Reformatie: periode van grote religieuze opwinding en verwarring
- revolutionaire ideeën van al dan niet theologisch geschoolde denkers
- experimenteren met kerkorganisatie
- gewone mensen op zoek naar nieuwe vormen van spiritualiteit
- veel onduidelijkheid omtrent deze of gene leer en de inhoud ervan
verandering vanaf 1560:
- Concilie van Trente schiep klaarheid op de doctrine vd Rooms-katholieke kerk
- Goed georganiseerd karakter vd calvinisten hield de Reformatie consolideren in Europa
- 1555: Godsdienstvrede van Augsburg: compromis voor eindeloze reeks van religieuze conflicten
- Church of England kreeg onder Elisabeth I een vaste vorm met een unieke combinatie van middeleeuwse katholieke instellingen en een calvinistische doctrine
een religieuze confessie kenmerkt zich door
- eigen instellingen
- heldere doctrine
- nadrukkelijk omschreven lidmaatschap (geloofsbelijdenis! )
- lutheranen: Augsburgse Confessie
- anglicanen: Book of Common Prayer & Thirty-Nine Articles
- gereformeerden: Heidelbergse catechismus
- katholieken: Professio fidei tridentina
- sacramenten
gevolgen vd confessionalisering
- ontwikkeling van de verschillende religieuze culturen
- weinig onderling contact tussen mensen met verschillende confessionele achtergrond (vb. Zelden interconfessionele huwelijken)
- structurele parallellen:
- nadruk op belang vd rechte leer
- bekommernis om een goede opleiding vd clerus
- ontwikkeling van gelijkaardige instrumenten voor propaganda en censuur
- vroegmoderne confessionalisering was onlosmakelijk verbonden met het staatsvormingsproces en de modernisering