Beschrijf de paradigma’s in verband met onderwijs in het algemeen en literatuuronderwijs in het bijzonder Confrontaties
- Gepubliceerd in Geschiedenis
- Lees 1056 keer
De leraar wordt vandaag geconfronteerd met diverse theoretische modellen voor literatuuronderwijs. Leesmodellen haken hierop in. Luke en Freebody beschreven vier mogelijke rollen van een lezer in de postmoderne cultuur: de code breaker (coding vaardigheid), meaning maker (semantische(betekenis van woorden) vaardigheid), text user (pragmatische vaardigheid) en de text critic (kritische vaardigheid). Afhankelijk van de context werken bepaalde rollen beter of combinaties hiervan. Paradigma’s zijn pogingen om verschillende perspectieven in kaart te brengen: Binnen het onderwijs zijn er drie te onderscheiden paradigma's afhankelijk van waarop de manier van werken is gericht:
Cultureel erfgoed hebben de centrale gedachte dat teksten betekenissen bevatten die er door de auteur zijn ingelegd en door de competente lezers kunnen worden achterhaald. Kennis van de literatuurgeschiedenis is dan belangrijk en de kennisoverdracht primeert als onderwijspraktijk.
Bij persoonlijke respons staat de lezer centraal. Hij interpreteert en evalueert vanuit zijn eigen ervaringen de teksten. Dit is een lezer-leerling gerichte methode met aandacht voor motivatie, creativiteit en communicatie. Cultuurkritiek zegt dat teksten vaak tegenstrijdige betekenissen bevatten. Mensen construeren deze zelf en teksten zijn dus subjectieve constructies.
Een keuze tussen de verschillende benaderingen is niet zinvol want als je kiest voor cultureel erfgoed haken leerlingen af en als je kiest voor persoonlijke respons zie je dat de kennis en competentie afneemt. Imelman had genuanceerd inzicht over de ‘tegenstelling’ leerstof en leerling. Onderwijs heeft te maken met drie polen van communicatie. “Er is een subject dat een ander subject inleidt in betekenissen en die beiden moeten verantwoorden”. Opvoeden kent een triadische structuur en is aanwezig als opvoeder, kind en kennis. Men relativeert de leerstof-leerling tegenstelling door het kennisverantwoordend inleiden van de leraar en de kennisverantwoording van het vragende kind.
Leraren blijven wel met theoretische en praktische problemen zitten. Ze vragen zich af hoe ze de confrontatie op gang kunnen brengen en welke argumenten nog tellen. Ook vragen ze wie recht heeft van spreken en of de Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Studiemateriaal evaluaties van specialisten (leraren) wel meer waard zijn dan het oordeel van lezers. Hoe geef je kennis door over literatuur en welke bijdrage levert het cultuurbeleid en de leesbevordering?