Menu

Productiveit, het sluitstuk van fordisme

Deel dit artikel:

v

In de jaren 50 kwamen de structurele problemen van de Belgische economie aan de oppervlakte.

- Onder leiding van André Renard kloeg het ABVV de conservatieve rol van de Belgische holdings aan, dit leidde tot structurele eco problemen, vooral in Waalse steenkoolmijnen.

- Aan vlaamse zijde werd de structurele achterstand van de eco in vlaanderen: hoge werkloosheidscijfers, langdurige pendel en seizoensarbeid in Wallonie en Noord-frankrijk

In de loop van de jaren vijftig werd de sociaal-economische politiek gemoderniseerd om op deze problemen een antw te bieden.

1. Vakbonden en werkgevers startten informele onderhandelingen die uitmonden in de ‘gemeenschappelijke verklaring over de productiviteit”. (zie pag 176) De principes van het fordisme werden erin verwerkt: sociale vooruitgang en verhoging van de koopkracht van de WN kon alleen bereikt worden door een gestage verhoging van productiviteit.
2. De economische expansiewetten (1953, 1955, 1959) impliceren de financiele tegemoetkomingen door de overheid voorzin voor investeringen in bepaalde economisch achtergebleven gebieden. Deze wetten leggen de basis voor de industrialisering van Vlaanderen, vooral gedragen door Amerikaans en Duits kapitaal. Ze investeren in massaconsumptie gerichte sectoren zoals auto’s (ford-genk) en niet meer in de traditionele sectoren.
In Wallonie wordt er meer geïnvesteerd in de industriële infrastructuur en minder in de vestigingen van nieuwe bedrijven.

In de jaren 60 beleeft het overlegsysteem zijn hoogdagen. Het basisidee is dat de koopkracht van de werknemers periodiek moet stijgen om de consumptie op peil te houden. Dit kan alleen maar als de productiviteit ook stijgt.


- de instrumenten zijn de interprofessionele akkoorden die buiten de overlegorganen worden onderhandeld door vakbonden en werkgeversorg. Ook het minimumloon wordt hierin vastgelegd. De resultaten van deze akkoorden gelden als een minimum en zorgen ervoor dat alle werknemers in de privé-sector delen in de sociale vooruitgang.
- de sociale zekerheid is een tweede peiler om de consumptie op gang te houden. Nieuwe groepen worden in het stelsel opgenomen en de uitkeringen worden verhoogd.

De stakingsactiviteit neemt in de jaren zestig voor het eerst gevoelig af. In 1968 wordt het overlegsysteem institutioneel voltooid met de wet op cao’s en de paritaire commités. De cao krijgt een juridisch statuut en de mogelijkheid wordt voorzien om de ‘vredesplicht’ afdwingbaar te maken door het gebruik van een waarborgsom.

Relevante artikels

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen