Menu

De Economische en Monetaire Unie

Deel dit artikel:

Eerst Europese Monetaire Stelsel (wisselkoersen aan elkaar gekoppeld) Met de komst van de euro in 1999 verdween het EMS. (bhv GB & Denemarken)

Convergentievoorwaarden van de eurozone:

1. Inflatie niet meer dan 1,5 procent boven het gemiddelde inflatiepeil van de drie EU landen met de laagste inflatie.
2. Financieringstekort mag niet meer dan 3 procent zijn vh Bruto Binnenlands Product.
3. Overheidsschuld niet boven 60% van het BBP.
4. Kapitaalmarktrente mag niet meer dan 2%punt boven het gem vd 3 EU landen met de laagste inflatie.
5. Het land moet minstens 2jr deelgenomen hebben aan het EMS zonder devaluaties of revaluaties.

Belangrijke stappen in het proces vd monetaire eenwording van Europa:

1. V.a. 1 januari 1999 wisselkoersen aan elkaar gekoppeld, landen van de eurozone: zie boek.
2. Per 1 januari 2002 oude valuta’s weg, en overal in de eurozone de euro.

Geen wisselkoersschommelingen meer, voordelen:

Bevordering onderlinge handel -> optimale vestigingskeuze van bedrijven in de EU -> schaalvergroting EU bedrijven -> kostenverlaging -> betere concurrentiepositie.

Nadelen:

EU landen kunnen tov elkaar niet meer revalueren of devalueren om de economie te besturen, onevenwichtigheden kunnen blijven bestaan.

Europese Centrale Bank: ECB.

-Algemene Raad: Presidenten van nationale centrale banken van alle lidstaten van de EU, & de president + vicepresident van de ECB.

-Raad van Bestuur: Presidenten van de nationale banken van de eurolanden & de president + vicepresident van de ECB. -Directie: 6 personen die door de EU regeringsleiders zijn benoemd.

Ecofin: begrotingsbeleid wordt op elkaar afgestemd door alle ministers van Financiën van de EU landen.

Relevante artikels

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen