Menu

Item gefilterd op datum: december 2012

renaissance en humanisme

A. begrippen en periodisering

  • Tot ver in de 19de en zelfs nog in de 20ste eeuw werden de Middeleeuwen (5de tot 14de eeuw) aanzien als een donkere periode tijdens hetwelk er niets gebeurde. Dit beeld werd gepropageerd door de Zw. Cultuurhistoricus Jacob Burckhardt in zijn boek ‘Die Kultur der Renaissance in Italien’ (1860). Bovendien alleen Italië. Burkhardt heeft het oude idee van de verschillen met de ME overgenomen en de noties individualisme, realisme en moderniteit aan toegevoegd.
  • Dit is onjuist:
    • er is geen duidelijke cesuur maar eerder een geleidelijke ontwikkeling
    • ook de middeleeuwen kenden bloei: de Karolingische renaissance, de renaissance van de 13de eeuw; Bovendien is de 16de eeuw soms nog ME (cfr. Karel V en humanisten);
    • Italië en de rest niets is ook niet juist. De schilderkunst van de Vlaamse primitieven was revolutionair zoals Van Eyck; ook Erasmus die zijn oorsprong vindt in de moderne devotie van de 13de eeuw.
    • Renaissanceis de vernieuwing van de beeldende kunsten
      • Da Vinci= zowel renaissance als humanisme
    • humanisme is het herontdekken, integreren en assimileren van de litteratuur, de cultuur en de waarden van de klassieke oudheid.

Het woord is uit de 15de eeuw van de studenten die er de docenten mee aanduiden van de:

  • Studia Humanitatis: dit waren de menswetenschappen en strekten ertoe de mens te vervolmaken Er waren 5 disciplines:
    • grammatica
    • rethorica
    • poëzie
    • moraalfilosofie
    • geschiedenis
  • Studia Divinitatis
    • gewijde geschiedenis
    • theologie

è Erasmus: zowel humanitatis als divinitatis

  • De zeven Artes Liberales
    • de mens verheffen door hem vrij te maken van zijn dierlijke hoedanigheid
    • taal en filosofie
    • nog geen natuurwetenschappen (17de eeuw)

B. Italië als bakermat

1. redenen

  • zichtbare overblijfselen (cfr. het Forum Romanum, het Pantheon)
  • Latijn beter bekend: het Romaans ontstond in de 8ste en de 9deeeuw
    • het Italiaans staat dicht bij het Latijn
    • weinig invloed van andere talen
      • Frankrijk: vulgair latijn als superstraat van het substraat Gallisch
    • Latijnse manuscripten in Italiaanse bibliotheken (vb. Verona)
  • Romeins recht en Romeinse bestuursvorm
    • De katholieke kerk als romeinse bestuursvorm
      • vb. België is een kerkprovincie
      • pyramidaal= romeins, kerkelijk
    • Romeins recht: Bologna

2. elementen aanwezig in 11de eeuw: waarom dan geen renaissance?

De ontwikkeling van de stadstaten in Noord Italië tijdens de 13de en de 14de eeuw

  • Noord Italië werd een draaischijf voor de handel met het Oosten (Venetië en Genua; cfr. Marco Polo). Zij traden op als tussenpersoon met de Arabieren.
  • Er kwam veel geld binnen en er ontstonden stedelijke oligarchieën. Ze aanzagen zichzelf als patriciërs en consuls en noemden hun stedelijke raad een senaat. De eigen stadstaat was voor hen het nieuwe Rome.
  • De keizer was ver weg over de Alpen (cfr.Z.Ned.): onafhankelijk
  • DE TRIGGER WAS EEN KLASSE DIE ZICH VERRIJKTE DOOR DE HANDEL met een groot zelfbewustzijn tot gevolg. Deze grepen terug naar

de Romeinse tijd. Ze vergeleken zich met grote Romeinse voorgangers.

Ze bouwden een know how op, niet alleen technisch (lange afstand handel) maar ook juridisch financieel: notariaat, dubbele boekhouding, eigendomsverhoudingen. Deze kennis was noodzakelijk voor een handelskapitalisme. Cfr. Il principe

Samengevat: groeiend zelfbewustzijn en rijkdom vanaf de 13de 14de eeuw;

Efficiënt handelskapitalisme; rivaliteiten tussen stadstaten met pronkzucht tot gevolg. Herleven van Romeinse cultuur door mecenaat.

C. ontwikkeling en kenmerken

1. het herleven van de Grieks-Romeinse kunst

  • bouwkunst
    • Marcus Vitrivius: “De Archetectura”. Belang van symmetrie en proportie In 1486 gedrukt.
    • Brunnelleschi, Alberti, Bramante
  • beeldhouwkunst
    • Paus Julius II was een verwoed verzamelaar van Antieke beelden
    • vrijstaand opgesteld als autonome kunstvorm
    • antropocentrisme, harmonie en symmetrie conform klassieke types van portretbustes en ruiterstandbeelden of mythologie.
    • werken met levend model
  • schilderkunst
    • klassieke thema’s: landschap op achtergrond, menselijk lichaam in juiste proporties
    • nieuw: lineair perspectief

2. de “bonae litterae” van de humanisten

  • In die tijd stonden de humanisten in hoger aanzien dan de ambachtelijke kunstenaars. Ze hadden aan de universiteit gestudeerd.
  • Herleving van het zuiver klassiek latijn
    • Men wou teruggaan naar het klassiek latijn van Cicero. Het ME latijn was een verbasterd latijn. Dus taalzuivering.
    • Het latijn is geen dode taal. In het Vaticaan creeërt men nog nieuwe woorden zoals in de middeleeuwen.
  • Kritische filologie
    • Door handschriften en kopieën ontstonden er veel fouten. Men begon de teksten te vergelijken om tot het origineel te komen.
    • Men herstelde de teksten: ad fontes.
  • Petrarca
    • de prins der poëten.
    • de vader van het letterkundig humanisme.
  • Lorenzo Valla= de vader van de tekstkritiek
  • Donatio constantini
    • falsum
    • oorkonde uit 750
    • Keizer Constantijn zou zogeschreven tijdens de 4de eeuw de pauselijke staat hebben geschonken aan paus Sylvester I
    • het stuk is veel ouder dan de 8ste eeuw.
  • Elegantia linguae latinae
    • gaf aan welke evoluties de Romeinse taal doorlopen had.
  • Collatio novi testamenti
    • Kerkvader H. Hiëronymus (347-420) vertaalde op basis van Griekse , Hebreeuwse en Aramese teksten de bijbel in het Latijn: dit werd de officiële versie van de bijbel of het vulgaat.
    • Valla stuikte op Griekse teksten en bracht correcties aan op het vulgaat. Vergeleek verschillende versies: collationeren.
    • Bijgewerkt door Erasmus in Annotationes.
  • Humanisten trokken van leer tegen scholastiek in onderwijs en wetenschap zoals dit door de kerkvaders was opgebouwd en door de filosofie bevestigd. De humanisten wilden teruggaan naar de bronnen van de klassieke oudheid en hadden een kritiekloze bewondering voor de oudheid. De wetenschappelijke revolutie zou plaatsgrijpen wanneer de antieke erfenis kritisch werd beoordeeld. (17de eeuw).

D. beslissende ontwikkelingen: stroomversnelling

1. val van Byzantium

  • Door de val van Byzantium in 1453 kwam er een stroom van vluchtelingen op gang naar Italië: Firenze, Genua, Rome
  • Sterke impuls voor de kennis van het Grieks. Manuscripten worden meegenomen.
  • Zo werden de werken van Aristoteles en Archimedes verspreid.

2. De drukkunst

  • papier
    • daarvoor schaapsvel: 300 schapenhuiden voor één bijbel.

op de huid kun je schrapen: palimpsest.

lamshuid was nog beter.

  • eerste papiermolens in de vroege 14de eeuw in Fabriano (Centr.Italiê)
  • drukkunst
    • uit China
    • houtblokken
    • metalen letters: 1440 Gutenberg, Straatsburg.
    • 1500 zes miljoen boeken; op 50 jaar tijd 100 versies van de bijbel
    • revolutie : nieuwe ideeën, pedagogisch: men hoefde niet meer van buiten te leren. Er kwam meer tijd vrij voor te denken
    • kennisoverdracht en communicatie
    • gevaar:censuur

E. verspreiding

1. handelsnetwerken

  • het humanisme verspreidde zich volgens handelsroutes
  • dissidenten en werkzoekenden vestigden zich in de grote steden in het Noorden

2. diplomaten

  • permanente diplomatie bestond niet: gezanten
  • de Italianen en meer bepaald de Venetianen startten met vaste posten of ambassades
  • hielpen mee het humanisme en de kunst verspreiden over Europa

3. drukpers

  • drukkers waren …
    • intellectuelen, velen humanisten
    • nieuwsgierig
    • correctoren
    • rondtrekkers van het ene atelier naar het andere
  • vb. Plantijn: internationaal intellectueel centrum.
  • humanisten legden grote bibliotheken aan, centra: Venetië, Parijs, Bazel, Lyon

4. Scholen en universiteiten

  • Er waren intensieve uitwisselingen tussen universiteiten
  • PEREGRINATIO ACADEMICA= academische pelgrimstochten
  • studenten gingen bijvoorbeeld naar Bologna en omgekeerd
  • zo stonden in voor het doorgeven van Latijn en in mindere mate van Grieks
  • het ambt van leraar werd ook opgewaardeerd

5. Hofhouding, geleerde genootschappen en academies

  • koningen waren mecenassen.
  • vb. Frans I, Margareta van Oostenrijk (Mechelen), Maria van Hongarije (Brussel)

F. Erasmus

1. Erasmus

  • Erasmus is een mooi voorbeeld van het feit dat Italië en het Noorden geen scherpe tegenstelling waren.
  • Andere voorbeelden: Van Eyck en Van der Weyden met olieverftechnieken; Johannes Ockegem en Josquin des Prés: muziek.
  • Erasmus was beinvloed door Johannes Cele, een religieus denker in Nederland.
  • Christelijke inspiratie
  • Humanisten: studia humanitatis
  • Erasmus de twee integreren: ook studia divinitatis, zoals Valla
  • Handmatig kopieëren had negatieve gevolgen: fouten en onjuiste vertalingen.

Hij wilde teruggaan naar de meest oorspronkelijke bronnen.

Voor hem telde het woord Gods en dit woord moest juist zijn. De vulgaat was volgens Erasmus niet altijd accuraat.

  • AD FONTES: naar de bronnen, de studie van de patres, inzonderheid Hiëronimus
  • Voorwaarden :
  • kennis van Grieks, Latijn en Hebreeuws.
  • kritisch filosofische ingesteldheid

2. instrumenten die de mens kon helpen bij de theologische studies

o Annotationes: 1505

o Novum instrumentum:1516

o zuivere versie van het nieuw testament

o de bijbel om nader tot God te komen

o geannoteerd uitgegeven met een vertaling in het Latijn uit het Griekse NT

o was delicaat omdat de vulgaat de officiële basis was voor de Latijnse kerk

o geen vertaling in het Nederlands, wel de ‘lingua franca’.

  • Paraphrases: 1517
    • N.T. bestemd voor wat “minder” geschoolden
    • Nieuw Testament: hervertelling, bleef in het latijn
    • door sommigen aanzien als Godslasterlijk
    • Wat kan je hebben tegen het verspreiden van het woord Gods ?
  • Het handboek van de christelijke strijder
    • relativeerde de ceremoniële daden: het is niet voldoende om gebeden te prevelen
    • sacramenten zijn zinloos zonder vroomheid: wie de bijbel leest en er naar leeft heeft geen priesters nodig à kerkelijke instituten verliezen aldus hun absolute waarden
    • hij had vraagtekens bij de zichtbare kerk en haar structuren
    • wat van belang is, is te leven naar het woord Gods, het evangelie
  • Lof der Zotheid
    • vrouwe Zotheid is scherp voor de pausen, de bisschoppen, de keizers… die niet zo christelijk leven
    • clementie voor de eenvoudige lieden die van de wereldse geneugten profiteerden
    • heftig door Rome aangevallen
    • idealen:
      • evangelische boodschap
      • nastreven van de chtristelijke deugden: doen wat in het evangelie staat.
      • kritisch filologische arbeid.

EXPLOSIEVE COCTAIL: “Luther had het ei uitgebroed dat door Erasmus was gelegd”.

De hervorming is begonnen met Erasmus. Waarheden op losse schroeven gezet. Gaat wel in de clinch met Luther.

Het had bij Karel V veel gehoor. < traditie van de Moderne Devotie of broeders van het gemene leven. Werd dan ook gedekt door Karel V.

Spanje: ERASMISTA= hij die Erasmus leest= “ketter”.

Kwam op de “index librorum prohibitorum” (Leuven 16de E). Lezen was doodzonde.

G. betekenis en invloed

  • Kunstenaars en geletterden: hoog maatschappelijk aanzien; vernieuwingen filologie, mens in universum
  • Wetenschap en techniek: wiskunde, natuurwetenschappen, astronomie, anatomie
  • Wereldbeeld: heliocentrisme
  • Staatsinrichting: centraal naar Romeins model; volkssoevereiniteit = Grieks, vroegchristelijk, Germaans
  • Onderwijs: pedagogisch didactische zaken
  • Reformatie: verspreiding humanistische ideeën door drukkunst.
Lees meer...

de Amerikaanse vrijheidsoorlog

  • 1763:
    • einde zevenjarige oorlog
    • vrede van Parijs
  • Amerikaanse vrijheidsoorlog van 1773-1783
  • aanleiding:
    • maatregel van Londense regering om de Amerikaanse kolonies financieel te doen bijdragen voor de eigen defensie (Stamp Act van 1765): taksen op kranten, brochures, vergnningen…
    • aanvaarden de belasting niet omdat volgens constitutie onderdanen niet mogen belast worden zonder toestemming parlement waarin geen afgevaardigden zetelden van Amerika
  • Amerika voor de handel met Europa afhankelijk van Engelse financiers en Engelse handelsmaatschappijen
  • druppel:
    • East India Company gooide een lading thee op de Amerikaanse markt tegen dumpingprijzen waardoor de Amerikaanse theehandelaars grote verliezen leden
    • reactie: Boston tea party
  • Engeland wilde deze daad bestraft zien maar op 4 juli 1776 onafhankelijkheids-

Verklaring en oorlog tegen moederland

  • 1778 Amerikaans Franse alliantie; één jaar later Spanje en bij de vierde Engels
  • Staatse oorlog de Republiek:
  • anti-Engels front
  • 1783: Verdrag van Versailles
    • Frankrijk kreeg Louisiana terug
    • Spanje kreeg Florida
    • Canada bleef in Britse handen
Lees meer...

Frankrijk vs. Engeland

A. in Indië

  • Oostenrijkse successieoorlog
    • rond Indië voortdurend conflicten tussen Fr +Eng
    • Vrede van Aken: status quo
  • Zevenjarige oorlog: 1756-1763
    • einde: Fransen vestigingen in Indië
    • Vrede van Parijs van 1763: nog enkele handelsposten in Indië

B. op het Amerikaans continent

  • 1713
    • Vrede van Utrecht
    • afstand van Hudsonbaai, Nova Scotia, Newfoundland
  • zevenjarige oorlog:
    • verlies van Canada en het Oosten van de Missisipi;
    • het westen van de Missisipi ging naar Spanje
  • Engeland als grote overwinnaar ten koste van
    • Koliniaal imperium van Frankrijk
    • Spanje: Florida aan Engeland

  • verklaring successen:
  • betere Engelse marine
  • veel groter bevolking van Engelsen in de kolonies in Amerika door bevolkingskolonisatie
  • 1750: 13 kolonies: 1,5 miljoen inwoners
Lees meer...

koloniale imperia

Spanje

Filippipijnen

Zuid-Amerika zonder Brazilië

Centraal Amerika

Mexico

Florida

Caraïbische eilanden

16e eeuw: zilver

17e eeuw: plantage/veefokkerij

Portugal

Brazilië

Goa

Republiek

Guyana

Benedenwindse eilanden

Aruba

Bonaire

Curaçao

voet aan wal in Brazilië

Zuid-Afrika

Ceylon

Indonesië

= zoutwinning en landbouw

= suikerriet

= kaneel

Frankrijk

Senegal

Madagascar

Réunion

Mauritius

Canada: Nouvelle France tot Louisiana en Missipi

steunpunten voor de Indiase Coromandelkust waar Pondichéry beschikte over een bruggenhoofd met invloed in Indië

Engeland

Jamaica

Bahama’s

Bermuda

Massach, Connecticut, New

Hampshire, Rhode Island

vijf zuidelijke staten

Bombay, Madras en Calcutta

= landbouw, veeteelt en scheepvaart

= plantage: tabak, katoen, …

= East India Company

Lees meer...

Fransen en Engelsen

  • republiek was het oneens met Spaans-Portugees monopolie
  • bovendien embargo’s ingesteld: specerijen waren peperduur voor de Republiek
  • veel geld in de Republiek o.m. door import van vluchtelingen
  • doorbraak kwam echter met de know-how van Jan Huygen van Linschoten die in 1584 aartsbisschop van Goa was:

o kon de hand leggen op strikte Portugese geheimen inzake zeilaanwijzingen

o publiceerde in 1596 zijn “Itineriario”

  • voorcompagnieën tussen 1595 en 1602. Vijftien vloten
  • 1602: tegen onderlinge concurentie: Verenigde Oost Indische Compagnie

o monopolie van de staatse handel ten oosten van Kaap de Goede Hoop

o de compagnie kreeg soevereine rechten over haar gebied

o de “Heren XVII” waren de bewindvoerders van de compagnie

o in China en Indië: handelsaanwezigheid

o in de Indonesische archipel: specerijen en stichting van Batavia in 1619

o in 1637 werd Ceylon ingelijfd: kaneel.

  • Bij de afloop van het Twaalfjarig Bestand in 1621 werd de WIC opgericht,

o bestuurd door de “Heren XIX”

o geen soevereiniteitsrechten

o concentratie op goud en slavenhandel en de productie en handel in suiker

o vestigden zich tussen de mondingen van de Orinoco en de Amazone

o 1620

§ stichting Nieuw Nederland

§ stichting een reeks handels- en landbouwnederzettingen rond de Hudsonrivier met als hoofdplaats Nieuw Amsterdam

§ handel in bont

§ in 1664 door de Engelsen verdreven

A. Fransen aanvankelijk verhinderd door burgeroorlogen

· Brazilïe: door Portugezen verdreven

· Monding van de Amazone: Martinique, Frans Guyana

· Florida: pogingen van nederzettingen door Franse Hugenoten maar Spaans verzet

· De noord-oostkust van Amerika

o via NW zoeken naar weg voor Azië

o Huiden

o Canada : La Nouvelle France 1606: stichting Québec

B. Engelsen: weinig interesse van de Tudors

· weinig interesse van de Tudors, bondgenootschap met Spanje

· ook de Engelsen zochten een NO doorvaart voor de specerijenhandel.

· West Afrika: rond 1550 handel in Marokko en Goudkust

o Engelse schepen participeerden aan de driehoekhandel

o Onder Elisabeth I barste de concurentie los.

o Panama/Caraibisch gebied: Francis Drak, officieel piraat. Ook reis rond de wereld

· NO van het Amerikaans continent

o Virginia 1584: geen plundertochten maar emigratie

o Plymouth (Massachussets) Pilgrim Fathers 1620 “ Grote Puriteinse migratie”

· in 1620 met Maryflower naar Amerika waar ze in Cape Cod landden

· “Grote Puriteinse Emigratie”.

· 1600 East India Company:

o oprichting van factorijen in Indië en Borneo

o botsingen met Spanjaarden, Republiek en Portugezen

V. het Iberisch monopolie definitief doorbroken: de Republiek

· republiek was het oneens met Spaans-Portugees monopolie

· bovendien embargo’s ingesteld: specerijen waren peperduur voor de Republiek

· veel geld in de Republiek o.m. door import van vluchtelingen

· doorbraak kwam echter met de know-how van Jan Huygen van Linschoten die in 1584 aartsbisschop van Goa was:

o kon de hand leggen op strikte Portugese geheimen inzake zeilaanwijzingen

o publiceerde in 1596 zijn “Itineriario”

· voorcompagnieën tussen 1595 en 1602. Vijftien vloten

· 1602: tegen onderlinge concurentie: Verenigde Oost Indische Compagnie

o monopolie van de staatse handel ten oosten van Kaap de Goede Hoop

o de compagnie kreeg soevereine rechten over haar gebied

o de “Heren XVII” waren de bewindvoerders van de compagnie

o in China en Indië: handelsaanwezigheid

o in de Indonesische archipel: specerijen en stichting van Batavia in 1619

o in 1637 werd Ceylon ingelijfd: kaneel.

· Bij de afloop van het Twaalfjarig Bestand in 1621 werd de WIC opgericht,

o bestuurd door de “Heren XIX”

o geen soevereiniteitsrechten

o concentratie op goud en slavenhandel en de productie en handel in suiker

o vestigden zich tussen de mondingen van de Orinoco en de Amazone

o 1620

§ stichting Nieuw Nederland

§ stichting een reeks handels- en landbouwnederzettingen rond de Hudsonrivier met als hoofdplaats Nieuw Amsterdam

§ handel in bont

§ in 1664 door de Engelsen verdreven

Lees meer...

Spanje in Latijns-Amerika

  • De Florentijn Amerigo Vespucci beschreef de ontdekte wereld als een autonoom continent.
  • Hernan Cortes veroverde Mexico op het Aztekenrijk. Zo werd ook de Stille Oceaan ontdekt.
  • Francisco Pizarro stuitte in Equador, Perug en Chili op het Incarijk. Sapa Inca, zoon van de zon.
  • Snelle verovering:
    • oude voorspelling
    • top: piramidaal
    • technisch overwicht: paarden, honden, vuurwapens in ijzer, gebulder der kanonnen
  • bevolkingskolonisatie van Amerikaanse gebieden: kwaliteit om te bekeren
    • doel:
      • ontginning van goud, zilvermijnen en plantagebouw
      • christelijke missionering
    • gevolgen:
      • biologische ravage ook door pokken, mazelen en griep
      • invoer van negerslaven en driehoekshandel
  • Jaarlijks maakten tientallen schepen de reis van Zuid Spaanse havens en de Amerikaanse kolonies.

De grote hoeveelheden goud en zilver vestigde de Spaanse macht in de 16de eeuw maar was ook één van de oorzaken van de toenemende inflatie in Europa.

Lees meer...

de eerste expeditis in de 14de – 15de eeuw

A. ontdekking en kolonisering van de Canarische Eilanden

  • Venetië sterk in Oosten Middellandse Zee met karavaanhandel
  • Genuezen zochten naar alternatieven via Zuidelijke richting en ontdekten de Canarische eilanden
  • Toch Castilië + Franse kolonisatoren: Canarische eilanden in bezit

B. de Portugese ontdekkingstochten

  • verovering Ceuta 1415
  • Madeira en Azoren: Hendrik de Zeevaarder (broer van de koning)
  • 1434: ronding kaap Bojador
  • 1488 Bartolomeo Diaz: Kaap de Goede Hoop
  • 1497-98 Vasco da Gama: Indië, met hulp van Arabische stuurman
  • vanaf 1509 Malkka, Java, Molukken, Canton en Japan
  • de weg van de specerijen was gevonden: een keten van factorijen
  • centrale rol Antwerpen: koloniale waren- koper en zilver + textielwaren en wapens

C. Christoffel Columbus

  • Genuees koopman
  • wist dat de wereld rond was + informatie over de windrichtingen: stelde de Portugezen een alternatief voor: westelijke route à geen gehoor
  • ging naar Isabella van Castillië
  • 1492: vertrek met drie schepen; Canarische eilanden: proviand; Bahama’s, Cuba, Haïti, Dominikaanse: Hispaniola; 1492-1504: vier reizen: Caraiben+ Midden Amerika
  • Amerigo Vespuzziontdekt nieuwe continent
    • eerder verdrag: Portugal eisten Midden- en Zuid-Amerika op
    • de Spanjaarden eisten een verdeling volgens de lengtegraad ten westen van de Kaap Verdische Eilanden
    • verdrag van Tordesillas van 1494: paus, 370 km ten westen van Kaapverdische Eilanden: Spanje met verplichting de Indianen te bekeren
    • hierdoor kwam de westkust van Brazilië in Portugese handen
    • aangevuld met verdrag van Zaragossa van 1529: tweede demarcatielijn ten oosten van de Molukken (uitz. Filippijnen)
Lees meer...

motieven, middelen en kennis

A. motieven

  • van economische aard
    • invoer van goud uit Afrika, specerijen en luxeproducten (Azië) onder controle Arabieren
    • peperduur door tussenpersonen; Middellandse zee onveilig (vb. Genuese kolonies aan Zwarte Zee
    • aandacht naar Atlantische oceaan om Islamwereld te ontwijken
  • van ideologische aard
    • kruistochten en reconquista: verovering van Noord Afrikaanse kusten
    • Pope Jan (Hendrik de Zeevaarder) als bondgenoot tegen de Islam

B. middelen en kennis

  • geografische kennis
  • aarde een bol: Ptolemaeus bekend door Arabische cultuur
  • afrikaanse hitte
  • betere kennis van heersende zeewinden: terugreis
    • nieuwe scheepstypes
  • kogge (bulkhandel Hanzesteden), galei
  • karveel: driemaster <Portugal, combinatie driehoekig latijnzeil en rechthoekig razeil: wendbaar + laveren tegen de wind + geringe diepgang (ontdekkingsschip
  • galjoen: groter dan karveel; grote tonnemaat + beter bewapend (kolonisatieschip)
  • navigatietechnieken
    • kompas sinds ME breed verspreid
    • instrumentarium door Portugal om breedtegraad te bepalen (afstand tot de eenaar), astrolabium, kwadrant, Sint-Jacobsstaf: zon
    • lengteligging: bleef een probleem: wachten op de klok uit 18de eeuw
    • postulanen: zeekaarten met aanduiding portus
Lees meer...

het heilig roomse rijk na 1648

A. de gevolgen van de Vrede van Westfalen

  • inperking van de macht van de keizer
    • geen leger, financiën of administratie voor de totaliteit van het rijk, maar beperkt tot de hausmacht
    • de structuren van het HRR betekenen niet veel meer in praktijk
  • donaumonarchie blijft aan de macht: habsburgers

B. de ottomaanse bedreiging

  • Ottomanen zijn de meest geduchte tegenstanders van Habsburg
  • 2e helft 17eeeuw grootviziers (cfr. eerste ministers):
    • interne orde op zaken stellen
    • het leger hervormen
    • administratie hervormen
  • hervatting van de expansie: belegering van Wenen in 1683
  • ottomaanse leger verliest en zal geen dreiging meer zijn
  • Frankrijk nam plaats in van voornaamste vijand
    • inzet is de Spaanse erfenis
    • eind van de strijd: Vrede van Utrecht, opdeling Spaanse rijk

C. de oostenrijkse successieoorlog

  • Karel VI
    • 1713, pragmatische sanctie: na zijn dood opgevolgd worden door zijn dochter Maria-Theresia
    • gevolg: politieke en economische toegeving
  • strijd voor Maria-Theresia op de troon
    • bondgenoten: Rusland, Engeland, Republiek
    • betwisters: Frankrijk, Spanje, Pruisen
    • Pruisische koning Frederik II eist Silezië op
    • Vrede van Ake, 1748: kroning Maria-Theresia

D. Maria Theresia en Jozef II

  • Maria Theresia
    • bureaucratische vernieuwingen
    • bestuurlijke centralisatie
    • nadruk op het katholicisme
    • aandacht voor onderwijs
    • versterking van het leger

  • Jozef II
    • de staat voorzien van volledig nieuwe structuren en bestuursmethodes
      • geloof
        • afschaffing comtemplatieve kloosters
        • oprichting staatseminaries
        • burgerlijk huwelijk
        • bestaansrecht andere godsdiensten
        • onderwijs
          • organisatie van staatsscholen
          • schoolplicht tot 12 jaar
          • bestuurlijke en gerechtelijke hervormingen
            • nieuwe, rationeel samengestelde en helder gestructureerde instellingen
            • herindeling van het rijk
            • hervorming van het gerechtswezen
    • verlicht despotisme
      • volgens een aantal principes van de verlichting
      • geen zelfbeschikkingsrecht of democratie
    • kritiek op hervormingen
      • Hongarije
      • Zuidelijke Nederlanden: Brabantse Omwenteling

E. de opkomst van Pruisen

  • de familie Hohenzollern uit Brandenburg-Pruisen
    • Vrede van Westfalen: Achter-Pommeren (toegang Baltische Zee)
    • inlijving Silezië: Oostenrijkse successieoorlog
    • annexatie West-Pruisen ten koste van Polen
  • Frederik II de Grote
    • verlicht despoot
    • zeer geletterd
    • bewonderaar Franse cultuur
    • op de hoogte van filosofen (o.a. Voltaire)
    • religieus tolerant
    • correcte en onafhankelijke rechtsbedeling
    • militair karakter van de Pruisische staat

Lees meer...

Engeland in de 17de-18de eeuw: de Tudors

A. binnenlandse politiek

Hendrik VIII

Persoonlijk bewind, miskenning parlement; opleggen belastingen; negeren

Rechtsprocedures; druk op rechterlijke macht; opheffen van wetten en decreteren van

nieuwe verordeningen.

Deze politiek zal door de Stuarts worden verder gezet maar er komt tegenkanting.

  • Bij de dood van Elisabeth I in 1603 erfde de Schotse koning Jacob VI de Engelse kroon: Jacob I .
  • 1603-1625

Personele unie Engeland+ Wales+ Schotland, rustige periode, geen machtshonger van de koning. Geld moest worden gevraagd aan het parlement maar Jacob had niet veel geld nodig (geen oorlogen).

Karel I (1625-1649)

  • autocratisch, roept parlement niet meer samen
  • had door grote sier (cfr. schilderijen van Van Dijck) geld nodig.
  • krijgt het moeilijk met het parlement die hun macht beknot voelden;
  • calvinisten streefden naar een radicale protestantse gemeenschap en wezen de Anglicaanse staatsgodsdienst af (te beperkte reformatie)
  • krijgt het moeilijk met de eigen schotten

Cromwell

  • periode van republiek: commenwealth and free state
  • protectoraat: o.l.v. Oliver en Richard Cromwell

Karel II (1660-1685)

  • herstel van het hogeruis
  • habeas corpus act: garantie tegen willekeurige opsluitingen

Jacob II (1685-1688)

  • werd verjaagd
  • glorious revolution

Mary II en koning gemaal Willem III (1689-1702)

  • bill of rights: constitionele toezeggingen
  • koning mag wetten niet afschaffen
  • geen oprichting uitzonderingsrechtbanken
  • belastingen moeten parlementair goedgekeurd worden

Anne I (1702-1714)

George I von Hannover (1714-1727)

Whigs: partij van de ondernemende middenstand

vandaag: labour

Tories: partij van de landeigenaars en hoge kerkelijke hiërarchie

vandaag: conservatieven

B. buitenlandse politiek

Jacob I

  • dmv huwelijking van zijn zoon met Spanje de anglo-spaanse relaties optimaliseren, maar mislukte

Karel II

  • vijand = republiek
  • strijd samen met frankrijk in de derde staatse oorlog
Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen