Menu

Item gefilterd op datum: december 2012

het probleem v/d dubbele contingentie

Object sociologie: handelen in het sociale systeem: interactie. Actoren handelen in een omgeving die bestaat uit andere actoren. Typisch voor interactieve handelen = dubbele onbepaaldheid = double contingency (nog meer actoren: meervoudige onbepaaldheid): in het ongewisse over subjectiviteit ander + omgekeerd.

double contingency opgelost door mechanismen van socialisatie (=internalisatie waarden enz in behoeftenstructuur persoonlijkheid) en sociale controle (= persoonlijkheid confronteren met duidelijke gedragsverwachtingen, spanning behoeftestructuur – eisen sociale systeem verminderen).

Gebeurt vooral door het aanleren van rollen. 3 aspecten:

a) Geheel v verwachten die actoren hebben ten aanzien van elkaar

b) waarden en normen (gemeenschappelijk of gekend)

c) sancties (beloningen en straffen).

Mensen hebben sociale rollen nodig om te weten hoe ze zich moeten gedragen. Het schept orde. Bij rolvervaging ontstaan er problemen.

Socialisatie is de bemiddeling tussen het sociaal systeem en de cultuur. Het is erg belangrijk om een sturingsfunctie te kunnen vervullen:

Biologisch systeem

Persoonlijkheidsysteem

Cultureel systeem

Economie

Politiek

socialisatie

Maatschappij. gemeenschap

Het sociaal systeem is voor de oplossing van het integratieprobleem aangewezen op waarden en normen die aan de actor worden opgelegd, ze zijn ontleent aan het cultureel systeem. Waarden en normen worden als een onafhankelijke variabele van de sociale integratie beschouwd.

Lees meer...

inleiding: het AGIL-schema

Parsons onderscheidt vier grote systemen, die elk een bepaalde functie v/h menselijk handelen vervullen (de vier universele vereisten waaraan een handelingsysteem aan moet voldoen):
- het biologisch systeem: adaptie aan de fysische wereld.
- het persoonlijkheidssysteem: functie van doelbereiking. (internalisering doelstellingen)
- het sociaal systeem: functie van integratie/samenwerking.
- het cultureel systeem: functie van latentie, reservoir van mogelijkheden. (kennis, motieven en waarden).

AGIL schema: ordening naar extern/intern en middelen/doel

Middelen

Doel

Extern

Biologisch systeem

Persoonlijkheidssysteem

Intern

Cultureel systeem

Sociaal systeem

Ieder systeem levert een bijdrage tot het voortbestaan v/h Algemene Handelingssysteem + moeten zichzelf als systeem in stand houden (4 functionele vereisten) à binnen elk systeem deelsystemen gespecialiseerd in 1 functie.

Sociaal systeem à subsystemen economie (adaptatie), politiek (doelbereiking), gemeenschap (integratie) en socialisatie (latentie), telkens in kleinere deelsystemen onderscheiden.

Subsystemen in cybernetische hiërarchie: L>I>G>A, hogere systemen dmv regulerende mechanismen (controle-factoren) orde aan lagere systemen, lagere leveren energie aan hogere. Het sturingssysteem cultuur staat bovenaan, helemaal onderaan de drijving v/d economie. Sommige systemen sturen meer dan anderen. Systemen weerhouden zich tot elkaar zoals de wagons v/e trein.

Elke wetenschap welbepaald (sub)systeem als object. Vb. de sociologie het sociaal systeem.

Vb. Het probleem v/d vergrijzing. Elke systeem heeft zijn eigen problemen en zijn eigen oplossingen.
- Biologisch systeem. Probleem: Hoe ouder men wordt, hoe meer gebreken. Oplossing: nieuwe geneesmiddelen ontwikkelen om kwaaltjes tegen te gaan.
- Persoonlijkheidsysteem. Probleem: psychologische problemen door uitsluiting e.d. Oplossing: therapieën.
- Cultureel systeem. Probleem: vroeger werden de ouderen gerespecteerd, nu zijn ze afgeschreven. Oplossing: cultuur moet aangepast worden, oud zijn moet acceptabel worden.
- Sociaal systeem. Probleem: socialisatie gebeurde vroeger van oud naar jong, nu ook omgekeerd (vb. oma computer leren). Oplossing: cursussen, …

Lees meer...

De basisinzichten van het vroegere functionalisme:

1) samenleving = geheel die probeert in stand te blijven

2) veelzijdige en wederkerige relaties tussen elementen

3) onderzoek nr functies

4) normale toestand is evenwicht: sociale verandering is een uitzondering

5) verschuiving van een causale verklaring (waarom?) naar een functionele verklaring (hoe) gaat gepaard met tautologische of teleologische kunstgrepen

Bijvoorbeeld: Victoriaans Engeland (eind 19de eeuw)

1) industrialisatie: fabrieken/industrie

2) militaire apparaat

3) imperialisme

4) sport

Alle elementen hebben onderlinge verbanden

1 met 2: industrie zorgt voor wapens

2 met 1: militaire apparaat is een belangrijk vrager voor de industrie

2 met 4: als militairen niets te doen hebben, kunnen ze gaan sporten

4 met 2: getrainde mensen voor het leger

3 met 4: hele volk leeft met de sporters mee

Lees meer...

Radclife-Brown

Radcliffe-Brown legde de klemtoon meer op de behoefte van het systeem.

Hij verving tevens de term behoefte naar noodzakelijke bestaansvoorwaarden.

-Behoefte: men weet a priori wat een organisme (systeem) nodig heeft

-Noodzakelijke bestaansvoorwaarden: men meent niet steeds a priori te weten wat een organisme nodig heeft.

Bijvoorbeeld het bestaan van een gezin verklaar je niet door te verwijzen nr een behoefte aan gezinsstructuren die a priori zou voortvloeien uit het wezen van de SL en van haar leden. Maar hij merkt op dat in bepaalde SL'en gezinnen voorkomen en gaat dan na welke functie ze daarin vervullen.

Het standpunt van Radcliffe Brown zegt ook dat de bestaansvoorwaarden van één bepaalde SL niet altijd overal algemeen geldig moeten zijn. Wat nodig is om onze SL te laten voortbestaan is mss helemaal niet nodig om een andere SL te laten voortbestaan.

Alleen empirisch onderzoek kan uitmaken welke de noodzakelijke bestaansvoorwaarden zijn van een SL.

Kritiek: Een voordeel aan het begrip “behoefte” was dat je duidelijk een onderscheid kon maken tussen functioneel en dysfunctioneel. Wat de behoefte van de SL bevredigde was functioneel, wat dit tegenwerkte was dysfunctioneel.

Doordat we dit begrip vervangen verliezen we ook dit voordeel.

Lees meer...

Malinowski

Malinowski herleidde de behoeften van het sociale geheel tot individuele behoeften. Iedere SL moet voorzieningen treffen om deze individuele behoeften te bevredigen. Dit was tegen de geest van Durkheim.

De sterkte van het functionalisme van Durkheim die de groep of SL beschouwde als suï generis, werd door Malinowski ingeruild voor een goedkoop reductionisme.

Opmerking: Suï generis = als een entiteit niet herleid kan worden tot haar biologische en psychische grondslagen.

Lees meer...

DE BIJDRAGEN VAN DE ANTROLOGEN MALINOWSKI EN RADCLIFFE-BROWN

Antropologen komen meestal in een stammenmaatschappij terecht waar historische kennis over de eigen stam zeldzaam is. De antropologen komen hierdoor in de verleiding de SL op een niet-historische manier te analyseren.

Hij kan gedrag enkel maar verklaren door ze als een samenhangend geheel te zien, zodat ze elkaar verklaren. Men spreekt hiervan structureel-functionalisme.

We gaan uit van de samenhang van het geheel (structuur) en bovendien zoekt men naar de specifieke bijdrage van ieder onderdeel tot het voortbestaan van dat geheel (functie).

Lees meer...

Comte nam ook de indeling van de biologie over.

Wat de morfologie en genese zijn voor de biologie, zijn de sociale statica en sociale dynamica voor de sociologie.

  • De sociale statica = de samenstelling van het sociaal geheel onderzoeken
  • De sociale dynamica = de groei van het sociaal geheel onderzoeken

Maar deze termen van statica en dynamica werden vervangen door de “sociale structuur” en “sociale verandering”.

b) Spencer

Spencer legde de nadruk op de evolutieleer van Darwin. Het sociale leven was een onderdeel van de universele evolutie van het geheel. Het was een levensvorm die de evolutie had opgeleverd.

Algemene evolutiewet: “er vindt een evolutie plaats van onbepaalde, onsamenhangende gelijksoortigheid tot bepaalde, samenhangende ongelijksoortigheid”.

=> een proces van integratie en differentiatie.

In Spencers uitwerking van deze universele evolutiewet zien we een voorafspiegeling van het latere functionalisme:

1) ook de SL groeit (net als de organismen)

2) de SL groeit in omvang waardoor het ook complexer en gedifferentieerder wordt

3) een differentiatie van de structuur beantwoordt aan een differentiatie van functies

4) onderdelen van een geheel zijn interdepent: als één deeltje verandert, heeft dit effect op alle onderdelen inclusief het geheel.

Puntje 3 & 4 vormen de grondslag van het functionalistisch denken.

!verhouding structuur en functie!

De structuur van een sociaal organisme kan enkel worden verklaard door de functies die ieder onderdeel vervult. De structuur moet zo zijn, dat het organisme kan voortbestaan en zijn behoeften vervullen.

Kritiek: Een verklaring van een structuur in termen van de functies van ieder onderdeel voor het gehele functionalisme, houdt het gevaar van teleologie in.

WRM? De structuur is blijkbaar gericht op een te verwezenlijken doel en heeft daaraan zijn doel te danken. Het is alsof een doel beschikt over het vermogen om rugwaarts in de tijd de middelen in het leven te roept om dat doel te bereiken. In sommige gevallen is dit aannemelijk.

Bijvoorbeeld een organisatie als ziekenhuis, een jeugdbeweging,... .


Maar vele sociale verschijnselen zijn niet doelbewust ontworpen. En dan is zo'n teleologische verklaring niet vol te houden.

Lees meer...

Het functionalisme avant-la-lettre bij Comte en Spencer

a) Comte

Comte trachtte de sociologie in haar bestaan te rechtvaardigen. Dit probeerde hij te doen door gebruik te maken van begrippen afkomstig van de biologie.

Er bestond namelijk een verwantschap tussen de biologie en de sociologie. Ze hielden zich beiden bezig met organische lichamen.

De biologie leerde dat zijn lichamen zijn samengesteld uit cellen,weefsels en organen. Ieder van deze onderdelen vervult een bepaalde functie die onmisbaar zijn voor de overleving van het organisme. De bioloog benadrukt dan ook de onderlinge afhankelijkheid van de organen, weefsels en cellen.

Dit gold ook voor het sociaal organisme. Gezinnen zijn als de cellen, de sociale klassen de weefsels en steden en gemeenschappen de organen van het sociale lichaam, en samen vormen zij een geheel van interdependente onderdelen.

=> Grondslag voor het latere functionalisme: het sociaal verschijnsel verklaren we door

  • situering binnen het ruimere verband van het geheel
  • de functie die het daarin vervult

Lees meer...

Voorbeeld van een elementaire toepassing

Bijvoorbeeld de luchthaven beschikt over personeel dat instaat voor reservatie en ticketverkoop, bemanningen en piloten, passagiers,..... Al deze groepen worden opgevat als onderdelen van het globale luchthavensysteem.

De samenhang van dit systeem wordt zeer duidelijk bij een stoornis. Wanneer het systeem normaal draait en de interne en externe factoren gelijk blijven, kan de luchthaven eeuwig blijven bestaan.

Maar stel dat er bijvoorbeeld een staking plaatsvindt of er is slecht weer, dan wordt er een onevenwichtstoestand veroorzaakt die soms tot de vernietiging van het systeem kan leiden. Men zal deze situatie proberen op te lossen door bijvoorbeeld hogere lonen, meer pauze,.... Zo balanceert het systeem op en rond een evenwichtspunt.

Lees meer...

HET ONTSTAAN VAN HET FUNCTIONALISME

Het functionalisme is geen doctrine!

WRM? Het is geen afgeronde beschouwing over de SL zou moeten zijn.

MAAR het is een geheel van conceptuele hulpmiddelen bij de analyse van de SL.

Men kan beter over functionele analyse spreken.

Kingsley zegt dat sociologie bij aanvang steeds een functionele analyse heeft toegepast.

jaren 60 en 70: weerstand tegen deze uitspraak van Kingsley.

Het zou vooral een ideologie zijn ten gunste van status quo.

Andere kritieken waren:

  • vaag en eenzijdig (ondanks zijn vele concepten)
  • geen begrip van historische tijd en sociale verandering (zie later)

Er werd een hevige discussie gevoerd over het functionalisme. Beide partijen hebben gelijk en ongelijk.

Het functionalisme is nauw verweven met de ontstaansgeschiedenis van de sociologie. Comte, Spencer en Durkheim waren +- functionalisten.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen