Verlichting:
-> stel: 2.5W/m²/100lux
gemiddeld 500 lux
Oppervlakte: 1000m2
Pverlichting: 2.5 W/m2/100 lux*(50m*20m)*500lux
Pverlichting: 2.5 W/m2/100 lux*150m2*500lux
Pverlichting: 2.5 W*1000*5= 12500W
12500W/200W = 62.5 dus 63 lampen
Men heeft dus 63 lampen nodig over de volledige ruimte.
Ja deze is nog steeds nodig
In een woning is men verplicht een differentieel schakelaar te hebben op de hoofdleiding dus een algemene differentieelschakelaar(van 0,3A)300mA, maar ook nog een voor de badkamer
vochtige ruimtes(van0.03A) 30mA
In ziekenhuizen in operatiekamers bv: dus op plaatsen waar de stroom niet zomaar mag uitvallen. Omdat bij de eerste fout er geen uitschakeling is blijft de stroomvoorziening van andere toestellen gegarandeerd.
Slechts bij toestellen onder toezicht van bevoegd personeel, men gebruikt hier dan ook een differentieelschakelaar.
Omwille van spanningsval en snelheid van overdracht
Bij koperen leidingen heeft men een weerstand en deze haalt de capaciteit van de leiding naar beneden naar gelang men verder gaat. De max lengte is dus 1000 m.
Extra info:
Wanneer men een ander materiaal gebruikt vb. fiber deze heeft geen weerstand meer dus dan kan men verder gaan in deze afstanden.
Indien men toch langer dan 1000 m moet gaan kan met draadloos werken of met zones werken. Vb. bij campussen. Bij zones opgelet want er komt een cijfer bij voor de zones zelf. Maar bij de zones zelf mag men niet verder gaan dan 1000 m!
Hoe na te gaan of de weerstand van de leiding niet te groot zal zijn gebeurd door de simpele
regel met weerstanden:
In serie -> weerstanden optellen : R1 + R2
In parallel -> totaal weerstanden = R1*R2/(R1+R2)
Het aantal adresssen per lijn is maximaal 64.
DC (= direct current) staat in voor gelijkspanning en AC (= altenating current) staat in voor de wisselspanning.
DC : de stroom die geleverd wordt door een gelijkspanningsbron vloeit steeds in dezelfde zin, die stroom is gelijkstroom. Vb. een batterij (statische gelijkspanningsbron) en dynamo (roterende spanningsbron)
AC : voorbeeld: een generator
Imotor= P/(U*cosφ*√3) = 3000W / (380V*0,83*√3) = 5,49A
Iverw = P/(U*√3) = 4000W / (380V*√3) = 4,558A
Beide stromen zijn lijnlasten en kunnen dus gewoon opgeteld worden:
Itot=10,05A
uit I=2*sin*500t zie je dat
ω=500
Dus:
U = I * ( R + j* ω*l) = 2 sint 500 t * ( 10Ω + 500 * 0.02) = 26 V
U = I * ( R + jwl) = 2 sint 500 t * √( 10² + (500 * 0.02)²) = 18.18 V
ben niet zeker??????????
R=25Ω
P=400W = U*I =>I=U/R => U=I*R
P=(I*R)*I = I²*R
I= √(P/R)=
√(400W/25Ω)=4A
U= I*R =4A*25Ω = 100V
Ieff= 0,707*Im =0,707*4 =2,828A
Ueff= 0,707*Um =0,707*100= 70,7V
I= P/U 8000W/380V = 21.05A
3fasig
=I/√3=21.05/√3=12.15A
