op het zelfde ogenblik waarop wereldwijd de Finkelstein controverse losbarstte, werd in Londen een proces gevoerd tegen een Engels negationist, Irving, hij werd veroordeeld, maar kan Finkelstein omdat hij de ‘Holocaust industrie’ aanklaagt op dezelfde voet worden geplaatst, zijn de kritische kanttekeningen die hij plaatst rond de manier waarop voornamelijk in de VS met historische herinnering aan de holocaust wordt omgesprongen als ‘negationisme’ af te doen? Zowel Finkelstein als Irving houden een bewust ideologisch gekleurd relaas, alleen: Irving liegt over evidente onweerlegbare feiten, Finkelstein ontmaskert op een geëngageerde wijze een op attitudes berustende subjectiviteit bij een groot deel vh Amerikaanse publiek. De manier waarop Finkelstein het officiële discours over de holocaust zoals dit in talloze herdenkingen weerklinkt en ook in de eisen tot schadevergoeding aan slachtoffers en hun nabestaanden aanwijsbaar is, ontmaskert en deconstrueert, toont de heilzame werking aan van het door de ‘linguistic turn’ en het postmodernisme in de omgang met het verleden geïnduceerde scepticisme.