Blokvorming
- Gepubliceerd in Geschiedenis
economische en/of politieke samenwerkingsvormen.
economische en/of politieke samenwerkingsvormen.
alle economische activiteiten vanaf de winning van grondstoffen, via de verwerking tot allerlei halffabricaten en eindproducten, to verkoop en distributie.
gebied rond de Grote oceaan, waar regio’s zich economisch plaatsen.
gewoonten worden overgenomen van elkaar.
steden met wereldwijde contacten.
grote ondernemingen die over de hele wereld verspreid zijn.
de drie ‘subsystemen’ binnen het wereldsysteem.
Een aantal instellingen en regionale organisaties bevorderen de samenhang tussen de landen. Een van de belangrijkste instellingen is de Wereldhandelsorganisatie (WTO) die zich bezig houdt met de spelregels van de handel en dienstverlening tussen landen. Die zijn er vooral op gericht om de economie te liberaliseren. Dat is het afschaffen van belemmeringen voor het vrije marktmechanisme, waaronder de ‘grensbelemmeringen’.
De liberalisering kan zich richten op de volgende drie zaken:
1. Handelsbelemmeringen. Het vrije verkeer van goederen.
2. Kapitaal. Een vrij kapitaalverkeer betekent dat investeringen daar kunnen plaatsvinden, waar dat bedrijfseconomisch het gunstigste is.
3. Mensen zouden zich vrij moeten kunnen verplaatsen, vrije migratie.
Overal hebben staten zich georganiseerd in economische en/of politieke samenwerkingsvorming of blokvorming. Dat kan een aantal vormen aannemen:
1. Vrijhandelszones. Dit is voor het afschaffen vaan onderlinge handelsbarrières.
2. Douane-unie. Betalen aan alle landen die lid zijn.
3. Gemeenschappelijke markt spreekt van vrij verkeer van goederen, kapitaal en arbeidskrachten.
4. Economische unie. Er is sprake van een gemeenschappelijk economisch beleid.
Vooral in de centrumregio’s zijn deze blokken economisch en politiek machtig. Naar buiten is het nog deels gesloten door handelsblokken en er zijn nog meer handelsbelemmeringen. Dit gaat ten koste van de boeren in armere landen.
De concurrentie in kapitalistische markteconomieën dwingt ondernemingen tot kostenverlagingen en/of opbrengstverhoging. Geen investeringen, geen toekomst! JE kan kostenverlaging en/of opbrengstverhogen bereiken door:
1. Schaalvergroting: door grote hoeveelheden te produceren, te vervoeren en te distribueren verlagen ondernemingen vooral de vaste kosten per product.
2. Er worden ook wel joint ventures opgezet. Een samenwerking tussen twee of meer bedrijven.
3. Verlaging van kosten kan ook worden bereikt door onderdelen van de productieketen daar te vestigen waar date economisch het meest verantwoordt is. Een productieketen omvat alle economische activiteiten vanaf de winning van grondstoffen, via de verwerking daarvan tot allerlei halffabricaten en eindproducten tot verkoop en distributie.
4. Outsourcing. Een bedrijf kan bepaalde activiteiten in de productie uitbesteden aan andere bedrijven.
5. Binnendringen van nieuwe afzetmarkten: die treffen ondernemingen aan in regio’s met een sterke economische groei, zoals dichtbevolkte semiperifere landen.
Veel ondernemers laten hun loonadministraties in lagelonenlanden verrichten. Internationale callcenters hebben een enorme vlucht genomen. Dienstverlening uit het buitenland zijn we heel gewoon gaan vinden. Net als het transporteren van goederen heeft de dienstverlening ook de weg van de globalisering ingeslagen. De diensten worden verricht daar waar geschikte arbeidskrachten ze tegen de laagste loonkosten kunnen verlenen. Dienstverlening ontsnapt ook niet aan ‘uitschuiving’.
Multinationale ondernemingen met hoofdkantoren in de kernregio’s investeren in het (semi)perifere China ook vanwege de daar groeiende afzetmarkt. Daar groeit de werkgelegenheid en het inkomen. Philips is een voorbeeld dat op alle multinationale ondernemingen (mno’s) van toepassing is. Deze gigantische ondernemingen hebben vestigingen in landen verspreid over de hele wereld. De eerste multinationals ontstonden al in het handelskapitalisme. Na de dekolonisatie was er sprake van een overname- en fusiegolf. Op die manier wisten de kernlanden hun afgenomen invloed in de periferie te compenseren (neokolonialisme). De hoofdzetels van multinationals zijn sterk geconcentreerd in global cities. Door de spreiding van al hun activiteiten hebben ze de internationalisering sterk bevorderd.
Om het voor multinationals zo aantrekkelijk mogelijk te maken hebben veel perifere landen special (industriële) exportzones ingericht. Een groot aantal regio’s heeft zich op deze manier rondom de Grote Oceaan; de Pacific Rim, een economische sterke positie verworven. De kernregio’s specialiseren zich nu in kennisintensieve industrie en zakelijke dienstverlening. Dit soort voor wereldwijde groei van het kapitaalverkeer. Perifere landen zijn afhankelijk van de belangstelling van buitenlands kapitaal. Net als in de periode van het handels- en industrieel kapitalisme wordt het lot van veel mensen door ondernemingen uit de kernlanden bepaald.