Menu

Cognitieve Maps

De denkbeeldige representaties die wij hebben van onze omgeving worden ook wel cognitive maps genoemd. Hierbij is het logisch dat er een verbinding is tussen maps en acties. Vaak lopen we door onze omgeving heen, om van 1 plaats naar een andere te komen.

Er zijn 2 verschillende soorten maps, namelijk survey maps en route maps. Het verschil tussen beide is dat je bij route maps een 2 dimensionale representatie hebt om van a naar b te komen, als je weg echter geblokkeerd is, dan weet je niet meer hoe je daar komt. Terwijl je je bij survey maps juist bewust bent van je positie. Als mensen ervaring hebben met een bepaalde route map, dan evolueert deze vanzelf in een survey map.

Lees meer...

Hierarchical Structure of Images

Uit onderzoek van Reed bleek dat mensen soms moeite hadden met het ontdekken van deelelementen die gegeven waren binnen een van te voren gegeven figuur. Dit komt doordat de mentale representatie die mensen maken van een object een aantal deelelementen bevat, waarin die figuren niet voorkomen. Het woord wat vaak gebruikt wordt voor de gevormde deelonderdelen is chunk. Dit wordt in de psychologie gebruikt als een term voor een unit voor kennis representatie.

Visuele afbeeldingen zijn hiërarchisch georganiseerd, met delen van afbeeldingen ofwel chunks in groter afbeeldingen, of als onderdelen van andere chunks.

Lees meer...

Figuren en visuele perceptie hersenactiviteit

In een onderzoek van Finke, Pinker en Farah werd aan proefpersonen een opdracht voorgelezen, waarbij ze figuren moesten veranderen in hun gedachten en dan vertellen wat het geworden was. Er bleek uit het onderzoek dat mensen in staat zijn om deze beelden goed te draaien en het juiste eindresultaat te kunnen produceren. In een ander onderzoek van Wallace (1984) werd aan proefpersonen een piramide getoond, met daarin 2 lijnen. Uit het onderzoek bleek dat de meeste proefpersonen de bovenste lijn als langer beschouwden, terwijl ze dezelfde lengte hadden. De mensen vielen dus voor de visuele illusie.

Onderzoek van Chambers en Reisberg toonde aan dat er verschil zit tussen een beeld ergens van hebben en het eigenlijk zien van het object. Zij gaven hun proefpersonen een haas/eend figuur en de mensen net genoeg tijd om te kijken wat voor figuur het was. Als mensen dan gevraagd werd om de betekenis te geven, dan konden ze er 1 geven, maar niet de 2e. Ze waren echter wel in staat om het figuur goed na te tekenen. Visuele afbeeldingen hebben veel gemeen met het product van visuele perceptie, maar het is niet zo makkelijk om visuele afbeeldingen te interpreteren als gewone afbeeldingen.

Lees meer...

Geheugen visuele objecten

Er is veel onderzoek gedaan naar de hoeveelheid details die wij weten over objecten die we opslaan in ons geheugen. Hieruit bleek dat, naarmate het verschil in grootte tussen 2 objecten groter is, wij sneller aan kunnen geven welke groter is. (Moyer, 1973) Hetzelfde bleek uit onderzoek van Johnson, die proefpersonen liet bepalen welke van 2

gegeven lijnen langer was. Net als met afbeeldingen is het voor proefpersonen moeilijker om de grootte ergens van in te schatten als de 2 objecten dezelfde grootte hebben.

Lees meer...

Visuele scan hersenen objecten

Wanneer mensen gevraagd wordt om iets te beschrijven, of om bv. het aantal ramen in hun huis te tellen, dan geven de personen aan dat ze het object bekijken, of in het geval van het huis doorlopen, in hun gedachten. Brooks (1968) heeft hiermee geëxperimenteerd en kwam tot de conclusie dat mensen sneller waren met het geven van antwoorden bij diagrammen, dan bij zinnen. (dus visueel beter dan verbaal) Als nadeel hiervan werd gesproken van het feit dat de proefpersonen bezig zouden zijn met meerdere taken, die met elkaar zouden interfereren. Uit later onderzoek van Baddeley en Lieberman blijkt echt dat dit niet zo is. Zij experimenteerden met verschillende stimuli, namelijk een zwaaiende pendule die geluid maakt en een fotocel die verschillende felheden van licht geeft. Waarbij de proefpersonen ook nog gelijktijdig de letter image taak van Brooks moesten doen. Er kwam uit dat ruimtelijke informatie veel minder makkelijk tegelijk te verwerken was als visuele informatie. Mensen lijden aan interferentie bij het scannen van een visuele afbeelding als ze tegelijkertijd in met een conflicterend proces van een ruimtelijke structuur bezig zijn.

Lees meer...

Mentale beelden hersenactiviteit

Het meest baanbrekende onderzoek op het gebied van mentale beelden is gedaan door Roger Shepard, en ging over het, in je gedachten draaien van objecten, om zo te kunnen verifiëren dat 2 gegeven objecten hetzelfde waren, m.u.v. de oriëntatie. Hij zette dit uiteen in de reactietijd die nodig was om het juiste antwoord te geven en de hoeveelheid die de afbeelding gedraaid moest worden. Hij kwam tot de conclusie dat, naar mate de hoek waaronder het object gedraaid moest worden groter werd, de tijd die nodig was om aan te geven of de objecten gelijk waren, lineair toenam.

Verder heeft onderzoek op apen uitgewezen dat, hoe groter de hoek, waaronder de apen een hendel moesten draaien, de groter de tijd die ze erover deden. Verder was het zo, dat als er in verschillende richtingen gedraaid moest worden, dat er een onwillekeurig patroon van vuren was, wat suggereert dat het draaien in allemaal afzonderlijke stappen wordt uitgevoerd. Wanneer proefpersonen in hun gedachten een object moeten draaien, dan maken ze een vergelijking en die draaien ze stukje bij beetje, totdat deze overeen komt met het gewenste eindproduct.

Lees meer...

Perceptuele informatie

Verzonnen informatie wordt gerepresenteerd op eenzelfde wijze als de perceptuele informatie gerepresenteerd en verwerkt wordt.

Visual and Spatial Imagery

Wanneer we aan een object of situatie denken, dan ervaren we soms die gebeurtenis, of zien we dat object. Deze beelden zijn Mental Images.

Lees meer...

Verbaal vs visuele herkenning hersenactiviteit

In een experiment van Santa (1977), waarin hij mensen figuren voorlegde die in een bepaalde vorm gerepresenteerd waren, kwam naar voren dat de proefpersonen sneller waren met het vinden van de juiste gebruikte figuren als de originele configuratie van figuren gebruikt werd. Verder toonde hij aan dat, als er gebruik gemaakt werd van verbale informatie, dat de proefpersonen sneller de gebruikte informatie konden terughalen als de woorden in een lineaire opstelling gerepresenteerd werden. Verder kwam nog naar voren in een experiment van Ronald en Friberg dat de hersenen bij visuele en verbale taken verschillende delen van de hersenen gebruiken. Verbale informatie en visuele informatie worden dus in andere delen van, en op verschillende manieren door de hersenen verwerkt.

Lees meer...

De Dual-Code Theorie

Pavio (1971 en 1986) is lang een voorstander geweest van de dual-code theorie, die aangeeft dat er verschillende representaties zijn voor visuele en verbale informatie. Dit leidt hij af uit onderzoek waarbij aangetoond wordt dat mensen zinnen beter onthouden als zij zich hier een visuele voorstelling van maken.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen