Menu

Ontwikkeling & groei

*Groei = typische eigenschap voor ondernemende bedrijven (belangrijker dan ondernemingsgrootte)

*Groei zowel kwantitatief als kwalitatief

*Portfolio entrepreneurs = bezitten/controleren meer dan één business:

  • Opstart bedrijf als onderdeel globaal groeiproces
  • Individueel bedrijf in cluster kan niet groeien, maar cluster zelf kan dat wel

*Groei = verschillende fasen = Chandler = bepaalde sleutelstrategieën (structure follows strategy)

  • Volume-expansie
  • Geografische expansie
  • Verticale integratie
  • Productdiversificatie
Lees meer...

Ondernemerseigenschappen

  • Drang naar zelfstandigheid (a strong locus of control)
  • Geobsedeerd door kansen:
    • Zeer kieskeurig, weet gouden kansen te onderscheiden
    • Juiste idee komt tegemoet aan echte behoefte in markt
  • Gepassioneerd voor een doel:
    • Zelfzeker, vastberaden en betrokken
    • Gedisciplineerd, doorzettingsvermogen
    • Nooit doelloos/roekeloos
  • Leven op pro-actieve manier:
    • Gedrag is functie van beslissingen en niet van omstandigheden
    • Nemen initiatief en verantwoordelijkheid om dingen te laten gebeuren
  • Zijn vertrouwenswaardig en geloofwaardig:
    • Voortbestaan hangt af van percepties van stakeholders en relaties in toekomst
  • Kunnen leiding geven en hebben vermogen om te inspireren:
    • Invloed uitoefenen zonder formele macht
    • Bemiddelaar
    • Integriteit cruciaal
  • Hisrich & Peeters = gebrekkige onderneminsprofielen
Lees meer...

Belang van ondernemerschap

*Werkgelegenheid:

  • Birch = indeling bedrijven naar gelang jobcreatie:
    • Muizen: snelle opgang, snelle dood
    • Olifanten: grote ondernemingen, stagnerende werkgelegenheid
    • Gazellen: snelle groei, klein-middelgroot, jong & volatiel, dynamisch = jobcreatie

*Bron van innovatie:

  • Schumpeter = ondernemerschap wordt gekenmerkt door ontstaan van nieuwe combinatie, leidend tot een discontinuïteit
  • Taak van ondernemer: opportuniteiten te zien en daarna alles doen om kans tot een succes te maken
Lees meer...

Verschillende omgevingen voor ondernemerschap

  • Ondernemerschap in startende ondernemingen:
    • Drijfveer voor ondernemen = proces met verschillende stappen:
      • Innovatie (introductie van iets vernieuwend)
      • Prikkel (triggering event):
        • Moment van discontinuïteit waarin de ondernemer het moment kiest om de situatie aan te pakken
      • Implementatie & ondernemingsopstart (installeren van onderneming door ondernemer)
      • Groei (proces van opbouw, beheer en groei van het bedrijf tot een waardecreërende organisatie)
  • Ondernemerschap en kleine ondernemingen:
    • (dynamische) ondernemer:
      • werkt zijn eigen ideeën uit
      • continu op zoek naar groei en verandering
      • heeft visie
      • opportunistisch
      • maakt gebruik van externe middelen
      • bewust van zwakke punten
      • risicobereidheid
    • eigenaar van een bedrijf:
      • wil overleven
  • Ondernemerschap en intrapreneurschip:
    • Ondernemerschap kan ook in grote ondernemingen voorkomen
    • = methode om individuele personen in grote organisatiestructuur te stimuleren om de business op een nieuwe en creatieve wijze aan te pakken
    • intrapreneur = moet rekening houden met hiërarchische structuur
  • Ondernemerschap en familiale ondernemingen:
    • Ondernemingen gecontroleerd door familie:
      • Strategisch management beantwoordt aan behoeften familie
      • Bij conflict = familie trekt aan langste eind
    • Onderneming:
      • Strategisch management beantwoordt aan noden bedrijf
      • Omringt zichzelf met beste mensen om continu te groeien en concurrentiele positie van de onderneming niet aan te tasten
  • Ondernemerschap en eigenaarschap:
    • Eigenaarschap = specifieke dimensie aan management door eigen kapitaalinbreng
    • Gesloten eigendomstructuur (aandeelhouderschap beperkt tot 1 persoon/ familie)
    • Open eigendomstructuur (derde partij treedt toe tot aandeelhouders)
Lees meer...

Wat is ondernemerschap?

*ONDERNEMERS creëren en bouwen iets van waarde vanuit bijna niets

*ONDERNEMEN = creatief proces waarbij een opportuniteit gerealiseerd wordt waarvoor de middelen nog niet te beschikking zijn = ondernemer moet over netwerken kennis beschikken om middelen op juiste moment samen te brengen met opportuniteit

*Ondernemen = waarde creëren en voordelen realiseren voor personen, teams, organisaties en gemeenschap.

*Drijfveer = opbouwen van stabiele organisatie die een LT-waarde vertegenwoordigd voor de stakeholders

*Ondernemen = visie, passie & betrokkenheid nodig & capaciteit om deze over te brengen

*Ondernemer = bereid een (berekend) risico te nemen

Lees meer...

Valkuilen bij alliantievorming

*Oorzaken van problemen:

  • Same bed, different dreams = expliciteren gemeenschappelijke doelstellingen
  • Opportunisme
  • Hidden agenda’s
  • Men heeft niet wat men dacht te zullen krijgen
  • Onzichtbare en niet bedoelde samenwerking:
    • = draag alleen duidelijk gedefinieerde dingen over
    • = evalueer permanent de samenwerking
    • = gatekeeper
    • = creëer fysieke barrières
  • Not invented here-syndroom
  • Cultuurbotsingen
  • Gebrek aan leervermogen en leerbereidheid

Lees meer...

Processen van alliantievorming

  • Omgevingswijziging
  • Ervaring nood aan alliantie
  • Vinden en screening potentiële kandidaten:
    • Profiel geschikte kandidaten:
      • Mekaar iets substantieels te bieden
      • Bezitten onvoldoende middelen
      • Hebben een coöperatieve cultuur
      • Bezitten belangrijke strategische zwaktes
      • Klaar om een leiderspositie in te nemen
      • Beseffen dat bereiken van hun objectieven risicovol is
      • Twijfelen zelf aan hun mogelijkheden
    • Partners dienen betekenisvolle overeenkomsten te vertonen qua:
      • Stijl van de operaties (doelstellingen, evaluatiesystemen, belonings-systemen)
      • Interpretatie tijdsdimensie
      • Financiële doelstellingen
      • Algemene sterkte
    • Verder belangrijk:
      • Relaties van samenwerking in verleden tussen partners
      • Onvoorwaardelijke support van top
      • Afwezigheid dreiging vijandige overname
    • Te mijden:
      • Afhankelijken die niet zonder alliantie kunnen overleven
      • Niet coöperatieven
      • Ondernemingen geleid door overdominante egotrippers
      • Financiële investeerders
      • Ondernemingen gedomineerd door familie
  • Vorming alliantie
  • Management alliantie
  • Resultaatmonitoring en -evaluatie
Lees meer...

Vormen van samenwerking

*Op basis van gebondenheid, controlevorm & omvang:

  • Geen aandelenvermenging:
    • Lange termijnaankopen (globale aankoophoeveelheid op LT met leverancier)
    • Inkoopcombinaties (samen aankopen = versterkte onderhandelingspositie)
    • Kartel (marktverdeling & prijsafspraken)
    • Syndicaat (prijsafspraken en/of marktafspraken & productieafspraken)
    • Uitbesteding (deel waardecreërende activiteiten afgestoten naar toeleveranciers)
    • Comakership & cologistics (vormen van outsourcing waarbij ondernemingen productieactiviteiten & logistieke stromen op elkaar afstellen (JIT))
    • Dealership (verkoop & distributie bepaalde producten in exclusiviteitsverband)
    • Vrijwillig filiaalbedrijf (ondernemingen sluiten zich aan bij grotere groep voor bvb. aankoop)
    • Franchising (franchisenemer koopt formule en verbindt zich ertoe deze toe te passen)
    • OEM-contracten (tussen componenten-producten en systeembouwers)
    • Technologie-licenties (verkoop ontwikkelde technologie aan anderen)
    • Consortium (groep van ondernemingen opgericht voor bepaald project)
    • Gemeenschappelijke ontwikkeling (samenbrengen ontwikkelingsafdelingen)
  • Wel aandelenvermenging:
    • Minderheidsparticipatie
    • Meerderheidsparticipatie
    • Kruiselingse participatie
    • Joint-venture
    • Holding-creatie

*Op basis van waardecreërende activiteitenconfiguratie

  • Technologie-licenties
  • Marketingovereenkomsten (merkenproducten gaan samen adverteren)
  • Pre-competitieve overeenkomsten:
    • Verticaal (tussen opeenvolgende schakels)
    • Horizontaal (tussen concurrenten)
  • Seriële overeenkomsten (tussen opeenvolgende schakels in bedrijfskolom
  • Netwerken (tussen veel partners met diverse rollen in bedrijfskolom)
Lees meer...

Redenen voor alliantievorming

*Ontwikkelingen in de omgeving

  • Omgevingsturbulentie:
    • Omgeving = snel veranderend, onvoorspelbaar & complex
    • Flexibiliteit vaak problematisch voor grote ondernemingen
    • door alliantie: snel en tegelijk kostenefficiënt en flexibel reageren
  • Globalisatie van concurrentie:
    • Noodzaak tot globaliseren activiteiten  vormen grensoverschrijdende netwerken
  • Toenemende concurrentiedruk:
    • Kan leiden tot risicobeperkingen in pre-competitieve waardecreërende activiteiten (R&D)  niet mogelijk voor individuele ondernemingen

*Ontwikkelingen inzake producten en markten:

  • Complexiteit van producten:
    • 1 onderneming kan nog onmogelijk aan alle vereisten voldoen
  • Verkorting levenscyclus producten:
    • Onmogelijk voor individuele onderneming voldoende rendement te halen uit investeringen  precompetitieve ontwikkelingsallianties
  • Branchevervaging:
    • Samenwerking tussen ondernemingen die voorheen in relatief gescheiden sectoren actief waren
  • Productintegratie & systeemaankoop:
    • Klanten verwachten totaalpakketten
    •  allianties tussen componenten – producenten en OEM-ers of systeembouwers
  • Customisatie:
    • Noodzaak zeer dicht bij markt te staan  samenwerking in bedrijfskolom
  • Complexere competitieve vereisten:
    • Leidt tot ‘back to basics’ beweging
    •  uitbesteding & outsourcing (verticale integratie)

*Ontwikkelingen inzake middelen:

  • Beperkte beschikbaarheid van middelen:
    • samenwerking waarbij beperkte middelen op flexibele manier worden verdeeld
  • Verhoogde risico’s:
    • Delen van kosten voor ontwikkeling tussen aantal partners
  • Hybridisatie van technologieën:
    • Technologie-split en markt-split vallen niet langer samen
    •  ondernemingen gedwongen tot samenwerking met anderen
Lees meer...

Begrip “alliantie”

*ALLIANTIE = formele, duurzame en uitgebreide overeenkomst tussen 2 of meer organisaties, tot het bereiken van gemeenschappelijke objectieven, met een deling van opbrengsten en risico’s en met een draagwijdte die verder gaat dan enkel enkelvoudige processen.

*Beslissing tot samenwerking = strategisch:

  • Concurrentie in bedrijfstak verminderen
  • Risico spreiden over meerdere bedrijven
  • Bij elkaar brengen van specifieke ondernemingsgebieden
  • Wegnemen specifieke barrières

*Uitgangspunt van alliantie: samenwerking tussen verschillende economische partijen kan alle partijen ten goede komen (koek wordt eerst vergroot, nadien wordt hij door de concurrentie opnieuw verdeeld)

*COÖPETITIE = coöperatie + competitie = ondernemingen niet op alle vlakken van bedrijfsvoering concurrenten zijn maar evenmin op alle vlakken samenwerken.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen