filiaalbedrijven
- Gepubliceerd in Economie
- Reageer als eerste!
gaat het om winkelbedrijven met meer dan één verkooppunt.
gaat het om winkelbedrijven met meer dan één verkooppunt.
is het geheel van vraag naar en aanbod van een bepaald goed.
is de spanning tussen behoeften en middelen.
De middelen kunnen toenemen maar de schaarste wordt niet altijd in dezelfde mate teruggedrongen. Dat komt doordat:
1. De productie externe effecten met zich meebrengt;
2. De behoeften met de productie meestijgen.
Meer productie betekent niet altijd dat de welvaart toeneemt.
Goederen worden voortgebracht door bedrijven en de overheid. Deze zijn de aanbieders van goederen. Ook bedrijven en overheid moeten kiezen. Zo moeten bedrijven bepalen:
- Welke goederen worden voortgebracht;
- In welke hoeveelheden en in welke kwaliteiten deze zullen worden aangeboden;
- Welke techniek bij de productie zal worden gebruikt;
- Waar de productie zal plaatsvinden.
is het beleid van de overheid om de effectieve vraag zó te beïnvloeden dat de conjunctuurschommelingen worden gedempt.
Wanneer de overheid de effectieve vraag stimuleert, kan er een tekort op de overheidsbegroting ontstaan.
De anticyclische begrotingspolitiek is geen succes geworden. Daar zijn verschillende oorzaken voor:
1. De onderlinge verbondenheid van veel economieën.
2. De timing van de maatregelen. De conjunctuurgolf is verre van regelmatig. De registratie duurt vreselijk lang en klopt vaak niet meer.
3. De opwaartse druk op de overheidsuitgaven. Als de economie zich in een recessie bevindt, zullen maatregelen om de overheidsuitgaven te verhogen en de belastingen te verlagen, weinig weerstand ontmoeten.