Menu

Sofian Bouazzaoui

Sofian Bouazzaoui

Herhaalde toediening

Herhaalde toediening van een agonist zorgt voor desensitisatie. Dit komt door veranderingen in de receptor of downregulatie.

Als voorbeeld de G-eiwit gekoppelde receptor. Bij activatie wordt de receptor gefosforyleerd en daarmee inactief. Er treedt dan internalizatie op, waarna er degradatie is of recycling. Uiteindelijk zijn er minder receptoren op het membraan.

Herhaalde toediening van een antagonist (en inverse agonist) zorgt voor sensitisatie door upregulatie. De receptor wordt geblokkeerd en daardoor niet actief. Nu geen fosforylering, geen internalizatie. Omdat er geen internalizatie is, worden er wel telkens nieuwe receptoren aangemaakt. Bij het staken van de therapie kan er rebound optreden. De endogene agonist kan weer binden en doet dat aan heel veel receptoren, waardoor er een heel sterk effect is, dat je eerst tegen ging met de antagonist.

Lees meer...

Agonisten en antagonisten

Agonist is een is een stof die de endogene ligand na doet en op dezelfde plek als de endogene ligand bind.

Allostere ligand bindt op een andere plek dan de agonist. Door de binding is er een modulatie van de receptor waardoor het effec versterkt wordt. Een allostere ligand neemt de functie van een endogene stof dus niet over.

Lees meer...

Effect

Een farmacon moet een bepaald effect hebben. E = α ∙ [AR], α: intrinsieke activiteit (efficacy) tussen 0 (antagonist) en 1 (vollge agonist).

Het effect kan in een dose-response curve worden uitgezet. Hierin is de EC50 uit te lezen, dit is de Effecieve Dosis waarbij 50% van de respons bereikt is en zegt iets over potency. Emax is het maximale effect en zegt iets over efficacy.

Lees meer...

Faramaca en receptoren

45% van de farmaca heeft receptoren als doelwit. Er zijn verschillende soorten receptoren:

– Ionotroop (kanaal)

– G-eiwit gekoppeld: deze zijn doelwit voor endogene amines, GABA, ionen, glutamaat,

lipiden, maar ook geur en licht. Ze zitten heel specifiek op een weefsel, dit is gunstig voor een therapeutische effect, want het farmacon werkt dan veel specifieker.

– Kinase-gerelateerd

– Nucleair

Receptorconcept: [A] + [R] ↔ [AR] → effect. De kans dat deze binding plaatsvindt is groter als [A] of [R] groot is, maar [R] is constant, dus wordt [A] aangepast.

De dissociatieconstante, Kd, is de concentratie waarbij 50% van de receptoren bezet is. De Kd wil je daarom zo laag mogelijk hebben.

In een logaritmische bindingscurve (aantal receptoren-dosis) ligt de Kd bij het omslagpunt. De Bmax is het maximale aantal binding (dus receptoren). L50 ????

Receptorreserve: Emax is bereikt maar nog niet alle receptoren zijn gebonden. Iemand is dan gevoeliger voor een farmacon.

Receptordrempel: Er moeten heel veel receptoren bezet zijn om een effect te hebben.

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen