*ORGANISEREN = proces van regelen van mensen en andere middelen om samen een doel te bereiken.
*Organisatiestructuur<> raamwerk voor:
- Taakverdeling opstellen
- Functie definiëren
- Coördineren
- Continuïteit verzekeren
- Transformatieproces vormgeven
*Taakopsplitsing: centraal binnen organisatiestructuur
*ORGANISATIEPRINCIPES = bepalen op welke wijze, waar en wanneer de activiteiten zullen verricht worden binnen de gekozen structuur coördinatie centraal
*PROCEDURES = formele richtlijnen die moeten gevolgd worden om de processen te kunnen sturen, controleren en coördineren.
*Organiseren:
- Differentiatie < >integratie
- Taakopsplitsing < >coördinatie
*Contingentiebenadering: er is niet één beste manier van organiseren:
bepalen organisatiestructuur en functioneren houden rekening met:
- Gekozen strategie
- Mensen en middelen
- Stijl van leiding geven managers
- Externe factoren
Goede organisatie <> grondvoorwaarden:
- Kostenvoorwaarde (rationele doel): optimale efficiëntie
- Bestuursvoorwaarde (interne processen): procesbeheersing
- Sociale voorwaarde (human relations): jobtevredenheid
- Flexibiliteitvoorwaarde (open systeem): veranderbaarheid en aanpasbaarheid aan wijzigingen
*Organisatie-dilemma: Differentiëren vs. Integreren