Menu

Sigmund Freud (1856-1936)

Deel dit artikel:

Sigmund Freud (1856-1939): Vanwege antisemitisme kon hij niet alles studeren wat hij

wilde. Hij koos voor een studie medicijnen. Hij werkte 5 maanden in de psychiatrische

kliniek van Theoror Meynert (1833-1892), waar Freud zijn eerste hysterische patiënten

zag.

Een casus (Anna O Pappenheim.) van zijn collega Josef Breuer (1859-1936) zorgde voor Freud’s interesse in hysterie. Breuer noemde het vrijlaten van de emotionele spanning

catharsis, een term die Aristoteles voor het eerst gebruikte. Na catharsis, voelde

Pappenheim zich kalm en vrolijk, Breuer noemde het de ‘talking cure’.

Hij studeerde hysterie en hypnose onder Jean-Martin Charcot (1825-1893), een

‘neurologist’. Het woord hysteria is afkomstig van het Griekse woord voor baarmoeder,

hysteron. Sommigen vonden daarom dat mannelijke hysterie onmogelijk was. Freud

vond echter casussen van mannelijke hysterie en de theorie werd verworpen.

1886: Freud richtte een privé medische praktijk op in Wenen met als specialiteit de

behandeling van hysterie. Eerst gebruikte hij conventionele behandelingen, maar toen dit

niet effectief bleek te zijn, richtte hij zich tot hypnose. Hij kwam erachter dat onder

hypnose, veel angsten gerelateerd zijn aan gebeurtenissen uit de kindertijd. Hij werd

minder enthousiast over hypnose, o.a. omdat niet elke patiënt gehypnotiseerd kon

worden. Freud concludeerde dat zijn relatie met elke patiënt belangrijker was dan de

technieken die hij gebruikte. Hij wilde deze relatie verbeteren en de patiënten

aanmoedigen om over hun herinneringen te praten zonder hypnose.

Freud begon zijn patiënten te instrueren om te proberen gebeurtenissen te herinneren

die geassocieerd zijn met de eerste opkomst v/d hysterische symptomen. In een vrije

associatie werden patiënten gevraagd alles te beschrijven wat in hen opkwam. Dit

noemde hij eerst Breur’s methode, toen psychische analyse en vervolgens

psychoanalyse. Breur geloofde dat de cruciale factor voor een succesvolle behandeling

van hysterie, was om “catharsis” te produceren. De patiënt beschrijft de symptomen en

de therapeut luistert. Freud vond de relatie tussen patiënt en therapeut het belangrijkste.

Freud beschrijft het proces van het projecteren van emoties en beelden van vorige

relaties op de therapeut als “transference”, en de therapeut’s reactie als

“countertransference”.

Freud kwam tot de

theorie dat hysterische en obsessieve neuroses het resultaat waren uit onbewuste

herinneringen van seksueel genot en prikkelingen in de kinderjaren. Hysterie is ’t gevolg

v/e preseksuele seksuele schok. Hij kwam tot de “seduction theory”. Verleidingen van

ouders, vooral door vaders naar hun dochters, kwam steeds meer centraal te staan in

deze theorie. De kritiek kwam dat hysterische patiënten gemakkelijk te beïnvloeden zijn

door suggesties die Freud onbewust leverde. In 1897 gaf hij toe niet meer te geloven in

deze theorie. Hysterische symptomen zouden nu komen door fantasieën en niet door

echte gebeurtenissen. Hij herkende het Oedipus complex bij vrouwen.

Freud ontdekte dromen als een weg naar het onbewust. Hij onderscheidde de manifeste

inhoud van dromen (de gebeurtenissen, situaties, objecten en mensen waar we over

dromen) en de latente inhoud (de onderliggende betekenis van de manifeste droom

elementen). Voor Freud representeert de latente inhoud onderdrukte wensen en

verlangens

Aan het begin v/d 20ste eeuw ontwikkelde Freud zijn psychoseksuele theorie van

persoonlijkheidsontwikkeling. Hij geloofde dat elk individu een aantal fasen moest

doorstaan (oral, anal, phallic, latent, genital) met in elke fase een conflict tussen de

bevrediging van instincten en de grenzen v/d externe wereld. Als een kind niet genoeg

voldoening krijgt in een fase, is deze niet in staat om makkelijk naar de volgende

ontwikkelingsfase te gaan. Oedipus complex = tijdens de ‘phallic’ fase v/d ontwikkeling

v/e jongen, ervaart hij seksuele verlangens naar zijn moeder en vijandigheid tegenover

zijn vader. Elektra complex = de ervaring v/e meisje gedurende de ‘phallic’ fase. Freud

gaf de voorkeur aan de term castratie complex, omdat ze geloofde dat ze al gecastreerd

was, waarschijnlijk door haar moeder.

Freud dacht dat de geest uit 3 aparte structuren bestond:

- Id: volledig onbewust; bron van basis impulsen. Pleasure principle.

- Ego: probeert aan id’s wensen te voldoen, maar dan met de beperkingen van de

realiteit. Reality principle. Veel van ego is bewust.

- Superego: moraal, ethiek. Bewustzijn.

In een gezonde persoonlijkheid werken deze 3 samen in harmonie, vooral als ’t gevolg

v/e sterke ego. In hysterische of neurotische persoonlijkheid is dit niet zo.

In 1933 stond psychoanalyse bekend als een joodse wetenschap, die verbannen werd in

Duitsland. Nazi’s verbrandden publiekelijk alle boeken over psychoanalyse v/d Weense

bibliotheek.

Freud onderschatte het gevaar van de Nazi’s sterk.

Freud’s dochter Anna (1895-1982) was zijn meest loyale opvolger. Ze ontwikkelde bijv.

psychoanalytische technieken voor kinderen en methoden als speeltherapie

Relevante artikels

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen